Real life in de Carrosserie

Jongeren leren dit vak omdat het hun toekomst kan verzekeren. 

​

Het beroep wordt al maar belangrijker omdat de meeste mensen met een mooie wagen willen blijven rijden. Wrakken op de autowegen zijn verleden tijd en de mooie en schitterende auto's zijn nu in. Daarom is dit beroep belangrijk voor onze bloeiende maatschappij waarin wij leven.

Carrosseriehersteller is een knelpuntberoep geworden waardoor de leerlingen meer kans hebben op werkzekerheid.

De autoproducenten willen steeds meer bekwaam personeel in hun bedrijven krijgen.

​

Met een goede gezonde inzet van de leerlingen en een goede professionele begeleiding van ‘werkvloer ervaren leerkrachten’ kunnen deze jongeren zich dit beroep eigen maken, om dan een eigen weg te banen in hun loopbaan als professionele vakman.

​

In het begin zal de leerling moeten wennen aan de verschillende technieken die bij een carrosserieherstelling voorkomen.

Niet altijd even prettig als we bijvoorbeeld aan schuurwerk denken maar dat is maar een korte fase in het ganse herstellingsproces.

​

Ik heb persoonlijk nog moeten beginnen in de tijd dat schuurmachines zeldzaam waren en alles met de hand moest gebeuren. Het bloed liep van mijn vingertoppen met het vele schuurwerk. Nu is dat al lang uit den boze en kunnen de jongeren dit schuurwerk uitvoeren met behulp van doordachte en snelwerkende machines die in staat zijn (door professioneel gebruik) om mooi en professioneel werk te leveren.

​

Een stappenplan, (de weg die de leerling moet afleggen) een leerperiode. Dat is voor iedere leerling anders en zal deze weg ook op zijn eigen manier moeten bewandelen. Voor de ene zal het niet snel genoeg gaan, voor de andere is het een harde inspanning. Beiden komen ze er wel en zullen ze de vruchten dragen van hun inspanningen als ze in het beroepsleven staan op de werkvloer in een carrosseriebedrijf.

​

Succes in het bedrijf: Vakmanschap is de sleutel.

De weg er naar toe kan je leren maar het vakmanschap moet je zelf ontwikkelen. Gouden waarde: “Liefde voor het vak.”

​

                                        Leerkracht: Guido Pirard